|
Vastelandkwelders:PionierzoneIn de pionierzone verschijnen de eerste planten op het kale slik. Het is een extreme wereld. De planten staan bloot aan golfslag en overstoming met zout water, hitte en droogte kunnen hard toeslaan en vorst is genadeloos. In de bodem vinden tal van chemische reacties plaats die worden gekatalyseerd door bacteriėn. De planten die hier overleven vormen de basis voor het verder aangroeien van de kwelder.
↓ Kwelderwerken |
|
↑ Kwelderwerken
|
|
↑ Lage en Hoge kwelderAls de pioniersoorten zich hebben gevestigd en kreken zijn gevormd, kan de kwelder snel hoog opsibben. Naarmate het landschap hoger wordt, krijgt zoet regenwater meer invloed en verschijnen er andere soorten zoals Kweldergras, Zoutmelde en Zeeaster. De pionierzone gaat over in een kwelder en groeit uit tot het grazige landschap waarop de eerste Friezen op terpen leefden en vee konden weiden. |
|
↑ Zomerpolders
|
|
↑ Primaire ZeeweringNa de stormvloed van 1953 moesten alle dijken worden versterkt om zo'n ramp in de toekomst te voorkomen. In de jaren 70 en 80 werd over verschillende dijktrajecten in het buitendijse gebied hevig gediscussieerd. Boeren wilden het hele gebied bedijken, de natuurbescherming wilde de buitendijkse kwelders behouden. 1986 hakte de landelijke regering de knoop door en werd besloten de zeedijk over het traject van de bestaande dijk te leggen. Een groot deel van het buitendijks gebied werd 1996 verkocht aan it Fryske Gea, financieel ondersteund door de Europese Unie. Noard-Fryslān Būtendyks werd een natuurgebied. |
|
↑ Top |